Metaalrecyclage: enkele feiten en cijfers
- Hoe wordt metaal gerecycleerd?
- Wat zijn de voordelen van metaalrecyclage?
- Welke types metaal zijn er?
- Hoeveel ton schroot wordt jaarlijks in België verwerkt?
- Zijn er risico’s verbonden aan metaalrecyclage?
- Wat doen shredders om deze risico’s te beperken?
- Welke concrete maatregelen hebben metaalverwerkende bedrijven al genomen om de uitstoot van dioxines en PCB’s te beperken?
- Wat doet de overheid?
- Vanwaar komen de PCB-emissies?
- Hoe kunnen we voorkomen dat dioxines en PCB's bij de metaalrecyclage belanden?
1. Hoe wordt metaal gerecycleerd?
Sinds de oudheid al worden metalen gerecycleerd. Oorspronkelijk werden ze gesmolten en opnieuw gesmeed. Tot op vandaag recycleren en versmelten we nog steeds onze oude metalen, maar onze producten op basis van metaal zijn steeds complexer geworden, waardoor er meer stappen nodig om zijn ze te kunnen recycleren:
- Depollutie: Het zorgvuldig verwijderen van alle vloeistoffen en potentieel schadelijke onderdelen.
- Ontmanteling: Het demonteren van alle herbruikbare onderdelen/materialen.
- Compacteren: Grote stukken schroot worden geknipt tot kleinere, hanteerbare stukken die in de shredder passen.
- Shreddering: Het gecompacteerde schroot wordt vermalen (geshredderd) tot een hanteerbare, uniforme grootte en vorm, die vervolgens gemakkelijk gesorteerd en gerecycleerd kan worden.
- Post-shredder treatment: Door de inbreng van innovatieve technologieën worden de verschillende materialen die na shreddering nog overblijven van elkaar gescheiden, zoals ferro- en non-ferrometalen, kunststoffen, glas, enz. Op deze manier kunnen zoveel mogelijk materialen worden gerecycleerd.
- Recyclage: De gerecupereerde materialen worden gerecycleerd voor hergebruik in verschillende toepassingen in de industrie.
2. Wat zijn de voordelen van metaalrecyclage?
Het recycleren van metalen kent heel wat voordelen. Door te recycleren wordt heel wat CO2 en energie vermeden die anders nodig is om metalen te ontginnen. Een ander voordeel van recyclage is dat België zo minder afhankelijk wordt van grondstofwinning en import uit het buitenland en dus beter bestand is tegen externe factoren zoals een oorlog of een energiecrisis. Door de kringloop te sluiten, voorkomt recyclage bovendien dat waardevolle kritische grondstoffen worden gestort of verbrand en ze zo verloren zouden gaan voor recyclage of hergebruik.
Hieronder enkele kerncijfers die deze voordelen becijferen:
- Energiebesparing: het recycleren van metalen beperkt het energieverbruik tot wel 60-95%, in vergelijking met de energie die nodig is om ze als ruwe grondstof uit de aarde te winnen.
- CO2-besparing: gerecycleerde metalen hebben een CO2-uitstoot die 52% tot 92% lager ligt dan metalen afkomstig uit ruwe grondstoffen.
3. Welke types metaal zijn er?
Metaalschroot bestaat in allerlei vormen, maar algemeen onderscheiden we twee grote soorten metaalschroot:
- Ferrometalen bestaan voornamelijk uit ijzer en zijn magnetisch. Staal het meest voorkomende ferrometaal en worden vooral gebruikt in de automobiel-, bouw-, bruggen-, spoorweg-, machine-, scheepvaart- en transportsector, maar ook in huishoudtoestellen.
- Non-ferrometalen bevatten geen ijzer, denk aan aluminium, koper, lood en zink. Enkele toepassingen van non-ferrometalen zijn de bouw, gereedschappen, elektrische kabels, voertuigmotoren, pijpleidingen, containers en zelfs bestek.
4. Hoeveel ton schroot wordt jaarlijks in België verwerkt?
Metaalverwerkende bedrijven in België verwerken jaarlijks zo’n 3 miljoen ton schroot, waaronder:
- Autowrakken
- Afgedankte elektrische en elektronische apparaten
- Allerlei metaalafval dat door burgers in recyclageparken wordt achtergelaten
- Industrieel metaalschroot afkomstig van allerhande sectoren en bouwwerven
5. Zijn er risico’s verbonden aan metaalrecyclage?
Oude metalen kunnen vervuild zijn met zorgwekkende stoffen zoals dioxines en PCB’s (Polychloorbifenyl). Deze stoffen mogen momenteel niet meer worden geproduceerd of gebruikt, maar ze zijn nog steeds aanwezig in heel wat oude metalen, een erfenis uit het verleden. Voorbeelden zijn bepaalde oliën, elektrische en elektronische apparaten, transformatoren, roestwerende verven, flexibele kunststoffen, enz.
Het is moeilijk om alle metalen die dergelijke zorgwekkende stoffen bevatten steeds te detecteren. Metaalverwerkende bedrijven nemen vandaag al tal van maatregelen om gekende toepassingen zoals autowrakken en transformatoren correct te depollueren, maar door het wijdverspreid gebruik van zorgwekkende stoffen bestaat nog steeds het risico dat ze alsnog samen met het schroot in de shredder belanden. Probleem is dat wanneer verontreinigde metalen worden vermalen, er stof vrijkomt waarop dioxines en PCB’s gehecht kunnen zitten. Wanneer dat stof neervalt kan het de bodem en omgeving vervuilen. Planten en dieren kunnen deze stoffen vanuit de bodem opnemen, waarna het via groenten en eieren in onze voedselketen terecht komt.
6. Wat doen shredders om deze risico’s te beperken?
De shredders werken nauw samen met de overheid om de uitstoot van PCB’s en dioxines aan te pakken.
In Vlaanderen werken de Vlaamse Milieumaatschappij (VMM) en het departement Omgeving samen met de shredderbedrijven via sectorfederatie Denuo om de risico’s aan te pakken. Het actieplan omvat drie pijlers:
- Extra metingen om de uitstoot van PCB’s en dioxines nauwgezet op te volgen en te controleren of de drempelwaarden worden nageleefd. In concretu, zal de komende jaren in de omgeving van de elf grootste Vlaamse shredderbedrijven intensief gemeten worden naar dioxines en PCB’s in het neervallend stof.
- Wetenschappelijk onderbouwde normen om de drempelwaarden te actualiseren. Hiervoor werkt de VMM samen met andere verschillende overheidsinstanties en de Vlaamse Instelling voor Technologisch Onderzoek (VITO) om normen vast te leggen. De nieuwe normen worden verwacht begin 2024.
- Onderzoek naar de best beschikbare technieken (BBT) om metalen te verkleinen en klaar te maken voor verwerking. Deze studie is lopende. Op basis hiervan weten shredderbedrijven in welke bijkomende technieken ze moeten investeren om de emissies van dioxines en PCB’s verder terug te dringen.
Ook in Wallonië bestaat een netwerk om neervallend stof in de buurt van metaalverwerkende bedrijven te meten. De sector heeft er de afgelopen jaren heel wat geïnvesteerd in zuiveringstechnologieën (bv. actief-koolfilters) en werkt samen met de Waalse overheid aan een sectoraal normenkader. Hiervoor loopt momenteel een impactstudie.
Door extra te meten, correcte normen te gebruiken en maatregelen te voorzien wanneer nodig, pakken de overheid en de sector de historische dioxine- en PCB- problematiek aan. Met gebundelde krachten zullen we de normen halen en de leefomgeving verbeteren.
7. Welke concrete maatregelen hebben metaalverwerkende bedrijven al genomen om de uitstoot van dioxines en PCB’s te beperken?
De afgelopen jaren hebben metaalverwerkende bedrijven al tal van maatregelen genomen om de dioxine- en PCB-uitstoot te verminderen. Zo maakten de bedrijven stofplannen om de diffuse stofemissies te verminderen, plaatsten ze verregaande zuiveringstechnieken op hun schouwen en verstrengden ze hun acceptatiecriteria om gekende PCB-houdende producten te mijden.
Ook naar de toekomst toe engageren metaalverwerkende bedrijven zich om te blijven investeren in zuiveringstechnieken en andere flankerende maatregelen.
8. Wat doet de overheid ?
In Vlaanderen en Wallonië zijn bedrijven verplicht hun emissies aan de schouw te monitoren. Ze moeten bovendien voldoen aan verschillende normen die zijn opgelegd in VLAREM (Vlaanderen) of in de vergunning van de bedrijven zelf (Wallonië).
Metaalverwerkende bedrijven zijn bijvoorbeeld onderworpen aan de bepalingen van de Europese Richtlijn 2010/75/EU, waarvan de conclusies over BBT (beste beschikbare technologieën) het onderwerp waren van een Uitvoeringsbesluit (EU) nr. 2018/1147 van de Europese Commissie van 10 augustus 2018 die bepaalt dat alle metaalverwerkende bedrijven over een rookgasbehandelingssysteem dienen te beschikken.
9. Vanwaar komen de PCB-emissies?
Metaalverwerkende bedrijven zijn geen producenten van PCB's of dioxines en het zijn ook geen afvalverbranders. De bedrijven ontvangen afval, soms tientallen jaren oud, van containerparken, verschillende inzamelingen of de ontmanteling van industriële sites.
Als er afval binnenkomt dat PCB's bevat, is dat omdat het aanwezig is in producten (oliën, bepaalde AEEA, transformatoren, roestwerende verven, soepele plastics, enz. Wanneer verontreinigde metalen worden vermalen, komt er stof vrij waarop dioxines en PCB’s gehecht kunnen zitten. Wanneer dat stof neervalt kan het de bodem en omgeving vervuilen. Planten en dieren kunnen deze stoffen vanuit de bodem opnemen, waarna het via groenten en eieren in onze voedselketen kan terechtkomen.
10. Hoe kunnen we voorkomen dat dioxines en PCB's bij de metaalrecyclage belanden?
De metaalverwerkende bedrijven zijn zelf geen producent van dioxines en PCB's. Deze zorgwekkende stoffen zitten vervat in oude producten die na afdanking via het containerpark, de autogarage of een ander circuit bij het metaalverwerkende bedrijf terecht komen. Om dit te vermijden, zouden dergelijke producten aan de bron (dus bij de afdanking) al op de aanwezigheid van zorgwekkende stoffen kunnen worden gecontroleerd.
Het probleem kan nog vroeger in de keten worden voorkomen door in te zetten op ecodesign, waardoor dergelijke zorgwekkende stoffen van bij het ontwerp uit het product worden geweerd. PCB's mogen al jaren niet meer worden gebruikt, en dat kan dienen als een mooi voorbeeld voor materialen die dioxines uitstoten. In afwachting kunnen productontwerpers inzetten op alternatieve, meer duurzame materialen of een ontwerp dat de latere verwijdering van eventuele zorgwekkende stoffen vereenvoudigt.
Reactie toevoegen