Verandering vraagt om verantwoordelijkheid
Nog niet zolang geleden kreeg ik een document te zien waarin een collega in het kader van een tender een aanbod voor een BA-verzekering in vraag stelde. “Het is toch maar aansprakelijkheid”, zo schreef hij letterlijk. “Wordt het risico niet veel te hoog ingeschat?”
Competitie doet ons streven naar beter en efficiënter. Ze helpt te veranderen, te innoveren. Ze is ook de gelegenheid voor debat en daagt je uit om je positie uit te diepen. Dat laatste miste ik wat in die tender, die uitgegeven werd door een groot chemisch bedrijf.
Het voorval riep beelden in me op van Bhopal, Genua, Gellingen en Seveso. Vier onfortuinlijke steden die een zeer grote en tegelijk menselijke ramp beleefden.
- Op 3 december 1984 kwam 40 ton methylisocyanaat vrij uit de plaatselijke fabriek van Union Carbide in Bhopal (India), met ruim 8000 dodelijke slachtoffers en talloze anderen van wie hun gezondheid aangetast werd.
- 24 mensen lieten het leven en 132 andere mensen werden ernstig verminkt bij de gasexplosie van 30 juli 2004 in Gellingen (België).
- Genua (Italië) kwam op 14 augustus 2018 in de wereldbelangstelling toen de Ponte Morandi instortte en aan 43 mensen het leven koste.
- De ramp in Seveso (Italië), waarbij in 1976 dioxine uit een plaatselijke fabriek van Hoffmann-La Roche ontsnapte, was dan weer de aanleiding voor de Europese Seveso-richtlijn die regels vastlegt voor de preventie van zware ongevallen in bedrijven die gevaarlijke stoffen behandelen, produceren, gebruiken en/of opslaan.
De lijst is, erg genoeg, bijna oneindig.
Wat Bhopal, Gellingen, Genua, Seveso … ons leren over aansprakelijkheid? Dat als mens iets maken altijd verantwoordelijkheid impliceert. En dat meer complexiteit meer moeite vraagt in de analyse van de risico’s en van de gevolgen van het mogelijke falen. Maar die analyse moet wel gebeuren. Het is onze maatschappelijke plicht dat correct in te schatten en ernaar te handelen.
De orde van grootte verschilt en even lijkt het op goochelen met cijfers. Deze catastrofes hebben, in tegenstelling tot natuurrampen, met elkaar gemeen dat ze het gevolg zijn van dingen die door de mens werden gemaakt en dus van menselijke fouten. De kernrampen laat ik hier bewust terzijde, omdat ze van een andere orde zijn. Ze zijn niet de loutere verantwoordelijkheid van een individueel bedrijf, maar van ons allemaal. Een debat dat we moeten blijven voeren.
In de discussie over catastrofes kan je aanvoeren dat de beoordeling van de fout contextueel is, of historisch zoals sommigen het graag stellen. Dat verklaart waarom er niemand met de vinger is gewezen voor de smogdoden in Londen en er in bepaalde landen nog altijd asbest ontgonnen en gebruikt wordt. Maar in die context is er een lijn, een evolutie. Met de oliecrisis van 1973 als kantelpunt beweegt die lijn zich in de richting van verbetering, meer volwassenheid en meer aandacht voor de mens. Het is de weg die we samen afleggen.
Dat laatste is geen luxe, want de weg van de verandering is er onvermijdelijk ook eentje naar meer complexiteit. In de gemeenschap die we samen vormen, vraagt dit om vertrouwen en verantwoordelijkheid.
- Vertrouwen dat de mensen die mee aan de wereld van morgen timmeren het beste met zichzelf en met de anderen voorhebben, en dus ook de beste middelen zullen aanwenden om tot een goed resultaat te komen.
- Verantwoordelijkheid als sanctie voor het geval ze dat vertrouwen zouden beschamen of dat ze in hun trajecten zouden falen – wat nog steeds menselijk is.
Als mens iets maken impliceert dus verantwoordelijkheid. Meer complexiteit vraagt meer moeite in de analyse van de risico’s en van de gevolgen van het mogelijke falen. Maar die analyse moet wel gebeuren. Het is onze maatschappelijke plicht dat correct in te schatten en ernaar te handelen.
Er is dus niet zoiets als “maar aansprakelijkheid”. We handelen naar onze verantwoordelijkheid. Die overtuiging staat misschien niet in onze pitch, maar weerklinkt vast en zeker in het timbre van onze stem.
Reactie toevoegen